Een gedateerde tijdmachine

In een doos met brieven uit 1996 (ik was toen 10) vond ik mijn zelfgemaakte paspoort naar de toekomst. Op de kaft van het boekje stond in grote letters geprint ”paspoort 2010”. Omdat ik niet gelovig was kreeg ik in plaats van Godsdienst, Humanistisch Vormend Onderwijs.
Als God je niet leidt, moet je jezelf maar vormen.
De bedoeling van het boekje was om ons ongelovige flierenfluiters eens na te laten denken over de toekomst. Wie ben je en wat doe je in 2010? Grinnikend bladerde ik het boekje door, dat stiekem met me meereisde naar het nu.
In het boekje stonden vragen als ”waar woon je?”, ”wat voor werk doe je” en ”wat is je lievelingsboek?” die ik met vulpen zo netjes mogelijk in krullerig schoolschrift had ingevuld. Zoals ik mezelf over 14 jaar zag. Bij deze vragen had ik achtereenvolgens ingevuld ”Harderwijk”, ”Dolfijnen verzorger”.
Als kleine jongen dacht ik in 2011 het roer grondig om te gooien en in Griekenland gaan wonen. Iets met werkgelegenheid wellicht. Of een sabbatical, misschien hard nodig.
Bij de vraag ”Hoeveel uur werk je?” had ik namelijk ingevuld ”62 uur en 48 uur thuis”. Redelijk secuur uitgerekend. Op een gemiddelde werkdag bleef er dan 8,2 uur over om te eten en te slapen. Precies genoeg. Maar hoe ik dat precies wilde gaan doen met dat ene kind dat ik voorzag weet ik niet meer. Silvester. Daar zou Lieveke vast wel voor willen zorgen.
Haar naam had ik ingevuld bij ”Getrouwd/Samenwonend met:” en later met potlood doorgestreept en vervangen door Sascha. Ik had mijn tijdsdocument tussentijds aan de verwachtingen aangepast. Dat krijg je ervan als je zoveel werkt.
Met dit tijdreis-paspoort in mijn hand probeerde ik in tegengestelde richting te reizen om me voor te stellen hoe ik er bij zat.
Een dolfijn was mijn lievelingsdier. Dus wilde ik dolfijnen verzorgen. Een beetje in het water ronddobberen en zo nu en dan boven het water uitgetild worden door Dolfie. Er kwam nog wel meer bij kijken, maar er werden vast geen binnenverblijven uitgemest.
Lieveke was mijn vriendinnetje. Af en toe. Sascha ook. Daar verwachtte ik duidelijk minder tijd mee door te brengen dan met de dolfijnen, gezien de 16 uur die ik per dag ging werken. Zou dat ook de reden zijn dat we 2010 niet hebben gehaald? En in de zomer van 1995 waren we naar Griekenland op vakantie gegaan. Dus daar ging ik dan ook naar toe verhuizen.
Mooi, zo’n kinder-referentiekader. Je vult je leven in met de dingen die je eerder gezien hebt. Hoe meer je in de loop der tijd ziet, hoe beter je het denkt in te vullen. Door terug te kijken op waar je vandaan komt, krijg je een beeld waar je heen gaat.
Inmiddels kan ik verder terug kijken dan vooruit. Dat zal ook altijd zo blijven. Terug kijken naar het verleden doet me in de meeste gevallen glimlachen. Maar het naar de toekomst toe invullen beangstigt me. Mijn angst is dat ik naar mijn verwachting ga leven, maar het – ondanks het streven – niet haal. Liever leef ik met de herinneringen uit het verleden en laat die de richting van de toekomst bepalen.
Wat ik me besefte, terwijl ik zo voor me uit filosofeerde, vatte Kierkegaard eens in één zin. Nu snap ik dan ook waarom ik geen dolfijnenverzorger geworden ben.
Je moet het leven voorwaarts leven om het achterwaarts te begrijpen.