Flappie: een gebed voor na het diner

[Muziek: Flappie, Youp van ’t hek]
[fotolijstjes met klein konijntje + kaarsjes op tafel]

[Lucas komt uit de keuken, gaat op een kratje staan en leest gedragen voor:]

Onze Flappie, die in de Hemel zijt,
Uw Naam worde geheiligd,
Uw Rijk kome,
Uw tamme wil geschiede op aarde zoals in de Hemel.
Geef ons heden ons dagelijks vlees
en vergeef ons onze schuld,
zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven
en leid ons niet in garnering
maar verlos ons van de rauwkost.
Amen.

Wees gegroet, Flappie, vol met marinade,
de Heer is met U,
gij zijt de gezegende onder de konijnen,
en gezegend is Youp, met zijn hit in uw naam
Heilige Flappie, hoofd van ons Kerstdiner
bid voor ons, zondaars,
nu en in het uur van Flappies dood.
Amen.

[Stilte]

Een ode aan het kerstkonijn

De Romeinen begonnen met de gekooide konijnen. Zij maakten het tam, en hielden het als huisdier. Daarvoor was het konijn wild, groeide als onkruid en werd geoogst als er honger was. De Romeinen ontdekte dat een pasgeboren konijnenjong het malst was. Puur, maagdelijk, onbevlekt, liefst een week oud. Als het tam in zijn hokje zat bleef het vlees mals, als een weldoorvoede westerling. Vlees was een luxeproduct, een jong, tam konijn een delicatesse. Zoals vele tradities en gebruiken van de Romeinen zien we daar nog steeds de sporen van, in onze overvloedige viering van de verjaardag van Jezus Christus.

Het tamme konijn in de pan is de delicatesse van de Middenklasse geworden, het symbool van de welvaart waarin wij samen Kerst vieren en genieten van ons weldadig samenzijn.

Zo wild als het konijn eens was, zo tam zitten wij met het gekweekte konijn aan tafel of op de bank, en blijven zo zelf heerlijk mals. Zouden we weinig vlees, vet en veel vega eten, worden we taai en pezig als de spieren van een Olympisch marathon loper.

Wij houden het graag mals. Zoals het konijn in een hokje. Zodat we er niet achteraan hoeven te rennen, om het te vangen. Maar bedenk u, altijd op de vlucht, snel, wendbaar en gespierd, altijd beducht op dat wat komen gaat, en altijd opzoek naar het sappigste, groenste en meest voedzame gras dat hij kan vinden. Als hij het kan vinden.
En wordt het dan toch voor ons gevangen,
– geschoten –  dan proef je dat. Taaier, zodat je langer moet kauwen en langer de tijd hebt om te proeven van die levenservaring, die het tamme konijn bespaard blijft.

Vanavond hebben wij, tezamen, dit tamme konijn verlost uit zijn lijden. Het getraliede, omlijste uitzicht uit het hok, waarbuiten de bedreigingen van het leven in het wild zonder gevaar aan hem voorbij trekken. Vetgemest met fabrieksvoer totdat hij, letterlijk met een schok, uit zijn leven wordt verlost.

Vlees was een luxe product. Nu lijkt het een vanzelfsprekendheid. We hopen dat jullie ervan hebben genoten, want het heeft ons veel gekost. De verslindende vleesindustrie is een van de meest vervuilende ter wereld. Eén stuk minder vlees per week bespaart meer zuiver drink water dan een uur minder douchen. Nog één stuk vlees minder en je stoot minder broeikasgassen uit dan met de wekelijkse ritten naar de supermarkt. En als je dan dat stukje vlees eet, bereid het met respect, zo lekker als je kan, geniet ervan zo hard als je kan!
Want vlees-eten is heerlijk, maar inmiddels nog meer een luxe dan het vroeger was. Kunnen wij ons die luxe nog permitteren?

We hopen dat jullie er dusdanig van genoten hebben, echt genoten, zodat jullie er nog maanden mals op kunnen blijven teren en in het nieuwe jaar een boutje minder zullen eten.
Amen.

[Lucas vouwt zijn papiertje op en loopt terug naar de keuken]

Schermafbeelding 2015-12-27 om 17.39.52

 


 

Deze speech werd voorgedragen na het hoofdgerecht (Flappie in de pan vinden, met vegetarische worst van papa) tijdens de KerstMus 2015